Vier mythes over ecomodernisme
Het ecomodernisme is een groeiende stroming van pragmatische milieubeschermers en armoedebestrijders. Als sympathisant en co-auteur van een boek over ecomodernisme stoort journalist Marco Visscher zich aan de karikaturen die van het ecomodernisme worden geschetst.
MYTHE 1: ECOMODERNISTEN NEMEN KLIMAATVERANDERING NIET SERIEUS
Dat doen we zeker! Ecomodernisten erkennen dat het klimaat versneld verandert, dat de mens daarvan de oorzaak is en dat dit een serieus probleem is dat vraagt om een snelle en effectieve aanpak. Ecomodernisten onderschrijven de wetenschappelijke consensus, zoals die is beoordeeld door het IPCC, het Klimaatpanel van de Verenigde Naties.
De toenemende CO2-uitstoot stelt de mensheid voor een grote opgave. Hoewel de vooruitzichten van de gevolgen van voortgaande klimaatverandering overwegend somber stemmen, menen ecomodernisten dat er geen plaats is voor moedeloosheid: we moeten blijven investeren in oplossingen. Volgens ons vergt een verstandig klimaatbeleid een mix van maatregelen om klimaatverandering af te remmen en maatregelen om ons aan te passen aan de gevolgen van klimaatverandering. Zo pleiten we voor technologieën om de CO2uitstoot terug te dringen én voor het ontwikkelen van klimaatbestendig zaaigoed voor boeren in ontwikkelingslanden. Ons uitgangspunt is dat we de kosten en baten van die maatregelen eerlijk moeten verdelen: mensen met lage inkomens en mensen in opkomende landen moeten erop vooruit gaan.
MYTHE 2: ECOMODERNISTEN ZIJN ADEPTEN VAN DE VRIJE MARKT
Ecomodernisten hebben oog voor zowel de kracht als de zwakte van de markt. Het kapitalisme was onmiskenbaar een stuwende kracht achter de enorme economische groei van de afgelopen tweehonderd jaar, waardoor mensen welvarender, gezonder en gelukkiger werden. Toch schiet de markt tekort, omdat zij ook kan leiden tot ongelijkheid en afbraak van de leefomgeving. Ecomodernisten zien daarom een cruciale rol weggelegd voor de overheid om de markt bij te sturen. Zo pleiten ecomodernisten voor grootschalig overheidsingrijpen bij de transitie naar verduurzaming in zowel de energie- als voedselsector. Denk hierbij aan belasting op bepaalde voedingsmiddelen om gedrag bij te sturen, of het faciliteren en financieren van de bouw van kerncentrales of andere CO2-arme technieken.
Ecomodernisten zien de overheid bovendien als een van de belangrijkste krachten voor innovatie. Ze pleiten daarom voor ruimschootse financiering van universiteiten en andere onafhankelijke wetenschappelijke instellingen om nieuwe duurzame technologieën te ontwikkelen.
MYTHE 3: ECOMODERNISTEN ZIJN RECHTS
Sommige mensen noemen ecomodernisme ‘rechts’. Immers, ecomodernisten omarmen zaken als kernenergie, gentechnologie en intensieve landbouw: standpunten die vaker worden gedeeld door rechtse dan linkse partijen. Volgens anderen is ecomodernisme juist ‘links’ vanwege de zorgen om klimaatverandering, armoede en milieu: thema’s die vooral door ‘links’ op de agenda worden gezet.
Ecomodernisme is simpelweg niet te plaatsen in het traditionele kamp van links en rechts. Dat blijkt ook uit de politieke voorkeuren van ecomodernisten en sympathisanten: zij vertegenwoordigen vrijwel het gehele politieke spectrum. Dat willen we graag zo houden. Politiek-ideologisch hokjesdenken staat onze missie om nieuwe oplossingen te vinden voor maatschappelijke vraagstukken alleen maar in de weg.
MYTHE 4: ECOMODERNISTEN ZIJN TECHNO-OPTIMISTEN
Ecomodernisten erkennen het nut van technologie bij de zoektocht naar oplossingen voor problemen. Daarvoor hoeven we maar een blik te werpen op het verleden: tweehonderd jaar geleden was vrijwel iedereen ter wereld straatarm en ongeletterd, met een gemiddelde levensverwachting van amper 30 jaar. Dankzij doorbraken in wetenschap en technologie overleven we vandaag infectieziektes, eten we veilig voedsel, wonen we in verwarmde huizen en krijgen we een verdoving bij de chirurg. Technologie heeft ons leven op ongelooflijk veel manieren verbeterd. Ook politieke maatregelen hebben invloed gehad op deze vooruitgang.
Dat betekent niet dat we door kunnen gaan op de ingeslagen weg. Te lang schoot het milieu er bij in. Vandaag zullen we onze inventiviteit en wetenschappelijke kennis voor een belangrijk deel moeten inzetten om onze leefomgeving te verbeteren. Ecomodernisten beseffen dat successen uit het verleden geen garanties bieden voor de toekomst. De resultaten uit het verleden stemmen ons echter hoopvol dat we ook problemen van vandaag het hoofd kunnen bieden.
Wil je de papieren versie van De Geus thuis ontvangen? klik hier voor meer informatie.
Marco Visscher
Marco Visscher is journalist en spreker. Hij is co-auteur van Ecomodernisme: Het nieuwe denken over groen en groei en schreef vorig jaar het boek De energietransitie: Naar een fossielvrije toekomst, maar hoe?
Misschien bent u ook geïnteresseerd in…
Over Donald Trump en het kwaad
Oktober 2019 | 5 minutenIs Donald Trump intrinsiek kwaadaardig, of is hij slechts een amorele opportunist die alleen uit is op geld en macht? Volgens de Amerikaans - Duitse moraalfilosofe Susan Neiman komt het niet aan op intenties, maar zijn het de gevolgen van het handelen die bepalen of iemand goed of slecht is.
Genetische selectie: de beste kans op het beste leven?
Januari 2020 | 10 minutenDe Gentse bio-ethica Katrien Devolder voelt de progressieve filosoof Julian Savulescu aan de tand over genetische selectie. Hij staat bekend voor zijn controversiële ideeën op vlak van belangrijke bio-ethische debatten. Zo vindt Savulescu dat we uit de verschillende kinderen die we ter wereld kunnen brengen het kind met de beste kans op het beste leven zouden moeten kiezen.
Duiding bij het euthanasieproces
April 2020 | 15 minutenHet recente assisenproces omtrent de euthanasie van Tine Nys gaf aanleiding tot maatschappelijke en politieke discussies over de euthanasiewet. In deze bijdrage willen we bij enkele aspecten die ter discussie stonden, verduidelijking geven aan de hand van onderzoeksresultaten van meer dan twintig jaar onderzoek naar levenseindezorg en de euthanasiepraktijk van de onderzoeksgroep Zorg rond het Levenseinde (VUB en UGent).