Het Humanistisch Sculpturenpark

Het principe van het University Sculpture Park, waarbij universiteiten de sculpturen uit hun kunstcollectie op de campus tentoonstellen en omkaderen als een waar openluchtmuseum, is voornamelijk in de Verenigde Staten goed gekend. Daar zijn er op heden zo’n veertigtal voorbeelden van te vinden. Hoewel het concept in Europa nog niet veel ingang heeft gevonden, moeten we vanuit Vlaanderen niet ver reizen om zelf een universitair sculpturenpark te kunnen bezichtigen. Er bevindt er zich namelijk een op de Brussels Humanities, Sciences & Engineering Campus van de Vrije Universiteit Brussel (VUB) , en wel met een zeer bijzondere insteek: het Humanistisch Sculpturenpark.

KUNST OP DE CAMPUS VAN DE VRIJE UNIVERSITEIT BRUSSEL

Veertien monumentale openluchtsculpturen vormen samen de permanente collectie van het Humanistisch Sculpturenpark. De komende twee jaar wordt de verzameling bovendien aangevuld door tien tijdelijke openluchtsculpturen van opkomende kunstenaars. Met hun zorgvuldige inbedding in de groene, open ruimtes van het universiteitsterrein vormen de kunstwerken een unieke, culturele bezienswaardigheid. Het ontdekken van kunst in de open lucht stimuleert de zintuigen op een manier die onmogelijk nagebootst kan worden in – vaak haast steriele – museum- en galerieruimtes.

“Een confrontatie met openluchtsculpturen kan nooit tweemaal op dezelfde manier ervaren worden.”

Een confrontatie met openluchtsculpturen kan dan ook nooit tweemaal op dezelfde manier ervaren worden. Denk maar aan de veranderende omgevingsomstandigheden zoals de seizoenen en het weer, die de kunstobjecten letterlijk telkens in een ander daglicht plaatsen. Ook de vrijheid van de toeschouwer om zich rond de sculpturen te bewegen en ze vanuit verschillende perspectieven te bekijken, creëert een vrij spel van wisselende indrukken. Geen alledaags museumbezoek dus.

De collectie openluchtsculpturen van het Humanistisch Sculpturenpark vond haar oorsprong in 1980, ondertussen ruim veertig jaar geleden. De eerste sculptuur kwam er als een schenking door de Oudstudentenbond aan de VUB. Het doel van de verenigde oud-studenten was in de eerste plaats om het esthetische uitzicht van het universiteitsterrein te bevorderen. Sinds de bouw van de campus, die aanving nadat de VUB zich in 1969 als een autonome Nederlandstalige universiteit afsplitste van de Franstalige Université Libre de Bruxelles, werden er op het voormalige militaire oefenplein in Etterbeek verschillende functionele, grijze gebouwen opgetrokken. Daarbij was er tijdens de beginjaren van de universiteit nog weinig aandacht voor de aanleg van de omgeving. De komst van de eerste openluchtsculptuur bracht daar verandering in.

Sinds dat moment breidt de verzameling openluchtsculpturen tot op heden verder uit dankzij het initiatief en de expertise van professor emeritus Willem Elias, die gedurende zijn loopbaan aan de VUB bijzonder hard gestreefd heeft naar de aanwezigheid van kunst op de campus. Zo ontstond er doorheen de jaren een universitaire sculpturencollectie met een humanistische insteek als rode draad. De kunstenaars die met hun werk gerepresenteerd zijn in het Humanistisch Sculpturenpark resoneren dan ook niet enkel als invloedrijke namen uit de Belgische kunst, maar kunnen ook beschouwd worden als vrijdenkers pur sang. Ze gaven op artistieke wijze uiting aan principes zoals het Vrij Onderzoek, vrijzinnigheid, wetenschap, democratie, vriendschap en compassie.

De humanistische boodschap die de openluchtsculpturen inhoudelijk verbindt, is echter geen toevalligheid, maar vormde de expliciete aanleiding voor de verwerving en plaatsing van de betreffende sculpturen op de campus. Kortom fungeert de verzameling als een visuele herinnering aan de waarden en de filosofie van de VUB, of stelt ze net in vraag.

GEORGES DOBBELS — GEEN TITEL (1980)

Deze titelloze sculptuur, door Dobbels met hamer en beitel uit Euvillesteen gehouwen, is opgebouwd uit abstracte vormen die elkaar lijken te verdringen. Het object symboliseert de groeikracht die voortkomt uit de confrontatie tussen tegengestelden. De harmonieuze volumes creëren bovendien een visueel spel tussen licht en schaduw dat onder invloed van de weersomstandigheden geprojecteerd wordt op de omgeving.

PAUL VAN GYSEGEM – ENKIDOE (1985)

Van Gysegem liet zich voor de creatie van de sculptuur Enkidoe inspireren door het gelijknamige personage uit het Gilgamesj-epos, een heldendicht dat teruggevonden werd op kleitabletten en toebehoort aan een van de oudste beschavingen ter wereld: de Sumer. Het verhaal beschrijft hoe Enkidoe en Koning Gilgamesj, twee boezemvrienden, op zoek gaan naar het eeuwige leven en daarbij de goden uitdagen. Geen van beide slaagde er echter in om de onsterfelijkheid te verkrijgen. De sculptuur is niet alleen een ode aan de vriendschap, maar verwijst ook naar de wilde kracht en de spontaniteit van de jeugd. Het is bovendien een symbool voor de eeuwige, innerlijke strijd van de mens tussen faalangst en vechtlust.

LIN YANG-CAI – MEMORIAL TIANANMEN (1990)

Het Memorial Tiananmen herdenkt alle slachtoffers die tijdens de nacht van 3 op 4 juni 1989 vielen op het Tiananmenplein in Peking. Het Chinese krijgsleger smoorde er de wekenlange studentenprotesten voor meer democratie in de kiem door het vuur te openen op de demonstranten. Tijdens de protesten plaatsten de betogers een replica van het Amerikaanse Vrijheidsbeeld op het Tiananmenplein als symbool van hun idealen. Eén jaar na de feiten, in 1990, werd het Memorial Tiananmen op de campus van de VUB geplaatst als een beeld van de vrijheid. De gedenkplaat bevat een toepasselijke versregel van de Chinese dichter Bei Dao: ‘Door de kogelwonden ontelbaar als de sterren aan de hemel daagt een bloedrode ochtend.’

JOS DELBROEK – CAROTTE (1993)

Delbroek wil de toeschouwer doen stilstaan bij de lange en bijzondere geschiedenis van de stenen waaruit de sculptuur Carotte is opgebouwd. Die ontstonden namelijk zo’n driehonderdvijftig miljoen jaar geleden en gaan de mens ver vooraf. Geologische processen brachten levende materie tot stilstand en transformeerden het tot steen, een onveranderlijk en anorganisch materiaal. Het steenblok belichaamt de dood niet enkel symbolisch, maar ook concreet door de aanwezigheid van verschillende fossielen van ooit levende organismen in het materiaal. Volgens de kunstenaar slaagt de steen erin om mensen te confronteren met hun eigen tijdelijkheid.

CAMIEL VAN BREEDAM – LIBERTAD I & II (1995)

De sculpturen Libertad I & II, samengesteld uit cortenstaal en assemblages van roestige objecten, stellen op een eigenzinnige wijze twee ‘vensters’ voor. Van Breedam beschouwt het venster als een symbolische grens tussen binnen en buiten. Enerzijds kan een venster een beschermende functie hebben. Denk maar aan een gevangenis, waar vensters de doorgang van binnen naar buiten afsluiten, of aan een fort, waar ze de toegang van buiten naar binnen verhinderen. Anderzijds kan een open venster ook een vriendelijke uitnodiging zijn om binnen te kijken in een gastvrije woonplaats. In dat geval symboliseert het venster de vrijheid die de mens heeft om met een open blik naar de wereld te kijken.

BART SOUBRY – FIN DE SIÈCLE (1996-2000)

Zowel de vormelijke gelijkenis met een zonnewijzer als de titel Fin de Siècle, die verwijst naar de overgang van de twintigste naar de eenentwintigste eeuw, brengen de toeschouwer op een dwaalspoor bij de interpretatie van dit kunstwerk. De werkelijke boodschap van Fin de Siècle zit vervat in de stenen zuil, die een beitel voorstelt en door de kunstenaar op een voetstuk geplaatst werd. De sculptuur vormt in de eerste plaats een ode aan de beeldhouwkunst en een verwijzing naar de kappers van de ruwe steen. De beitel herinnert bovendien aan de oorsprong van het schrift. De ironie van het kunstwerk zit volgens Soubry in het materiaalgebruik: de steenbeitel die normaal bestaat uit metaal, is hier voorgesteld in steen, het materiaal dat hij eigenlijk dient te bewerken.

WILLY VANDENDORPE – DENKER IN ALLE STATEN (2006)

De iconische Denker in alle staten is hét boegbeeld van de VUB. De rode figuur met de windwijzer op het hoofd staat dan ook symbool voor de basiswaarde die de universiteit als onderzoeks- en onderwijsinstelling hanteert, namelijk het Vrij Onderzoek. Dat principe stelt dat wetenschap steeds beoefend dient te worden zonder inmenging van dogma’s, vooroordelen, politiek of geloof. De Denker in alle staten die op de campus van de universiteit prijkt, is een reproductie op ware grootte van Auguste Rodin’s De Denker uit 1880, een westers symbool voor de rede. De opkomst van onder meer dogmatisme, fundamentalisme, kernwapens en concentratiekampen hebben ondertussen aangetoond dat een onbegrensd rationalisme gevaarlijk is. Met de windwijzer die Vandendorpe aan zijn eigen denker toevoegde, bekritiseert hij de mogelijke manipulaties van het rationele denken, die vermeden kunnen worden door het uitoefenen van een kritische blik op de feiten.

COLIN WAEGHE – TEENAGE WASTELAND (2009-2010)

De sculptuur Teenage Wasteland, in de vorm van een schommel, lijkt op het eerste zicht een zorgeloos kindertafereel voor te stellen. Niets is minder waar: de gespleten constructie en de metalen touwen maken het speeltuig onbruikbaar. Het kunstwerk symboliseert een doorgesneden band met een onschuldige jeugd. De eenheid is verscheurd. Het zitvlak, dat normaal een harmonieuze slingerbeweging maakt, kan hier twee verschillende richtingen uit. Het zachte wiegen van de schommel, dat een rustgevende zekerheid geeft, maakt plaats voor een onvoorspelbare beweging, een beangstigende onzekerheid. Met het desolate, disfunctionele object slaagt Waeghe erin om een gevoel van vervreemding op te roepen bij de toeschouwer.

MARK CLOET – MIA CASA (2003)

Mia Casa bestaat uit vijf elementen: de werktafel, het spreekgestoelte, de kist, de schrijftafel en … de toeschouwer. Elk van deze objecten draagt een individuele betekenis. Zo verbeeldt de werktafel de stilte. Het is een plaats die zowel naar de geboorte als naar de dood verwijst en waar het woord overbodig is. Het spreekgestoelte staat symbool voor het declameren van het gesproken woord en vormt een plek waar de vrije gedachte wordt geuit. De kopieertafel verwijst naar het verinnerlijken van kennis door diepgaande studie, herhaling, interpretatie en reflectie. De kist symboliseert een verborgen inhoud, veilig bewaard in een omhulsel van mogelijkheden. Volgens Cloet maken de toeschouwer en diens persoonlijke interpretatie bovendien onmisbaar deel uit van het kunstwerk.

JOHAN TAHON – EROS/EROOS (2014-2019)

De sculptuur Eros/Eroos is vernoemd naar de gelijknamige god uit de Griekse mythologie, gekend als de personificatie van liefde en fysieke lust. Het monumentale, bronzen kunstwerk is opvallend aanwezig op de campus en dat heeft voor Tahon een belangrijke reden. Het fungeert namelijk als een ontmoetingsplek waar nieuwe vriendschappen en misschien zelfs prille liefdes kunnen ontstaan. De kunstenaar nodigt voorbijgangers uit om fysiek contact te maken met Eros/Eroos door het aan te raken of er even bij te gaan zitten. Tahon hoopt dat de sculptuur zich kan manifesteren als een mythisch wezen dat een positieve energie verspreidt onder de studenten die hier wonen, werken en ontspannen.

NICK ERVINCK – REDNOYER (2019)

Met zijn blauwe kleur en golvende vorm doet de sculptuur REDNOYER denken aan water, snelheid en beweging. Kortom, een kunstwerk dat perfect aansluit bij zijn locatie: het zwembad van de VUB. Ervinck had de intentie om een visueel aantrekkelijke sculptuur te ontwerpen waar mensen een warm en gelukkig gevoel van kunnen krijgen. De glanzende laklaag van het kunstwerk reflecteert de omgeving, de wolken en de zon.

JEAN BILQUIN – DE STAP (2001)

De Stap is een vreugdebeeld dat het ontstaan van de VUB herdenkt. Vrijdenkers zoals Pierre-Théodore Verhaeghen lagen aan de basis van het ontstaan van de universiteit, omdat ze van mening waren dat het Vrij Onderzoek in onderwijs en wetenschap steeds gegarandeerd moet zijn. De sculptuur vormt niet enkel een herinnering aan wat deze initiatiefnemers in het verleden voor de VUB gedaan hebben, maar verwijst naar iedereen die zich in het heden inzet om de vrijzinnige waarden van de universiteit te realiseren en zo haar bloeiende toekomst garandeert. Studenten denken bij het zien van De Stap misschien wel terug aan de sprong in het diepe die ze maakten bij hun start aan de universiteit: een nieuwe opleiding, nieuwe ontmoetingen en eventueel zelfs in een nieuwe stad. Een stap in het onbekende creëert geen angst, maar is het spannende begin van een nieuw avontuur, klein of groot.

PHILIP AGUIRRE Y OTEGUI – MONUMENT VAN TROOST (2009)

Aguirre baseerde het Monument van troost op een krantenfoto uit 2003 die een grote indruk op hem naliet. Deze foto toonde het beeld van een Spaanse politieagent die zijn jas over een aangespoelde bootvluchteling probeerde te leggen als een gebaar van troost. De sculptuur ondersteunt de doelstelling van de VUB om tegen 2021 een ‘Meelevende Universiteit’ te worden waarin het begrip compassie structureel verankerd is. Met het Monument van troost biedt de universiteit haar gemeenschap een bezinningsplek waar men zich kan terugtrekken om troost te zoeken bij tegenslag, verlies of verdriet.

ETIENNE DESMET – POWER (2009)

De sculptuur Power, die de confrontatie tussen twee monumentale vuisten voorstelt, visualiseert de menselijke levenskracht. Of meer nog: het vormt een aanmoediging om tegenstrijdige levensvisies gecontroleerd met elkaar in botsing te laten komen, een ervaring die kan leiden tot een genuanceerd en immer evoluerend wereldbeeld. Het pluralisme aan denkrichtingen en opvattingen in onze samenleving komt tot haar recht dankzij het respectvolle debat als retorisch medium. Power staat echter niet alleen symbool voor kracht, maar is daarnaast ook een toonbeeld van de vriendschap. Het geven van een vuist uit zich als een gemoedelijke, kameraadschappelijke begroeting onder vrienden en gelijkgezinden.

Uitbreiding van het permanente sculpturenpark op de VUB

In de periode van 2021 tot 2023 wordt de permanente sculpturencollectie bovendien aangevuld door tien tijdelijke openluchtsculpturen van opkomende, hedendaagse kunstenaars. De artistieke opdracht van de deelnemende kunstenaars bestond eruit om een sculptuur te scheppen die verband hield met de universiteit en haar vrijzinnig-humanistische karakter. Verschillende van deze recente kunstwerken spelen in op het thema activisme, dat de universiteit promoot in haar recente campagne ‘De Wereld Heeft Je Nodig’. Andere sculpturen vormen dan weer een visuele reactie op de sociale en architecturale context van de campus. Het tijdelijke sculpturenproject is een initiatief van Pilar, het cultuurcentrum dat gevestigd is op de campus van de universiteit. Dit ‘Huis voor Kunst en Wetenschap’ programmeert niet alleen concerten, theater, debatten en kunsttentoonstellingen, maar biedt ook actieve ondersteuning aan het culturele ondernemerschap van jongeren.

Bezoek het Humanistisch Sculpturenpark

Het Humanistisch Sculpturenpark is 24/7 toegankelijk en gratis te bezichtigen. De QR-codes bij de kunstwerken geven toegang tot online lees- en luisterfragmenten. Breng een smartphone en een hoofdtelefoon mee voor een optimale ervaring.

Adres: Pleinlaan 2, 1050 Elsene. Parkeermogelijkheid aanwezig via ingang 8.
Meer info: www.vub.be/humanistisch-sculpturenpark#permanente-sculpturen.

 

Over de auteur:

Bjorne Baeten

Een artikel uit: editie Juli 2021

Misschien bent u ook geïnteresseerd in…

foto van het interieur van het vernieuwde Wintercircus in Gent

Eeuwig panopticon van dromen: het Gentse Wintercircus gaat weer open

Januari 2024 | 10 minuten

‘Het Wintercircus is uniek in zijn soort.’ Dat zijn de woorden van Geert Willemyns. Hij is één van de architecten van het Gentse bureau Baro, dat de recente renovatie van het gebouw voor zijn rekening nam. Uniek is vaak een gratuit modewoord, maar hier betekent het wel degelijk enig. Het Wintercircus is immers het laatste stenen circus ter wereld. En er zijn wel meer redenen waarom het Gentse gebouw generatie op generatie blijft betoveren.