Cyclo-anarchie op de Gentse straten

Fietsen is de max in Gent. Dat vinden scholieren en studenten alleszins. Maar ook pakjesdiensten, jonge moeders en vaders met hun kroost in de bak en de forenzen die graag sneller op het werk zijn dan met het openbaar vervoer. Zelfs de flikken trappen er in deze stad op los. De brede mix van sportief toeren gaat gepaard met een interessant fenomeen: de cyclo-anarchie.

Vrijheid op een, twee of drie wielen?

Niet alle Gentenaren houden van fietsen. Maar voor steeds meer inwoners van Vlaanderens gezelligste stad is dat wel het geval. Te voet is aangenaam, als je er de tijd voor hebt. Met de auto is geen optie meer. Te paard is al ruim honderdtwintig jaar uit de tijd, behalve tijdens topmatchen aan de Ghelamco Arena. Verder zijn er nog de moto of de brommer, maar die zijn voor de binnenstad stilaan te luid en te vervuilend. Daarom maken allerlei nieuwe mono-, twee- of driewielers hun opwachting in het straatbeeld. Dat zijn veelal technologische innovaties, snelle en wendbare tuigen uit de koker van hippe urban designers. Het gaat niet meer alleen om e-bikes, maar ook over cargobikes, longtails en e-skates. De oude stad vraagt om trendy cyclo-mobiliteit. Dat houdt haar levendig.

Van 2019 naar 2020 nam het fietsverkeer met maar liefst 64% toe 

De cyclo-mobiliteit is moeilijk aan banden te leggen en velen vinden dat onweerstaanbaar. Je kan, zeker bij mooi weer, volop genieten van het feit dat je in alle richtingen door elkaar kan fietsen zoals op de Korenmarkt. Van 2019 naar 2020 nam het fietsverkeer met maar liefst 64% toe. Die toename heeft ongetwijfeld met corona te maken en met het eeuwige pragmatisme van wie zich wil verplaatsen. Maar bovenal met een (nieuwe) vorm van vrijheidsbeleving. Met de fiets kan je bollen en snorren waar je maar wil, en hoe snel je het wil.

ONTPALINGSBELEID EN TOENEMENDE CHAOS

Al zijn er limieten. Een jonge kerel werd recent veroordeeld tot een boete van duizendzeshonderd euro en een rijverbod van veertig dagen omdat hij zittend op zijn elektrische step rondreed. Een rijdende contradictie! Volgens De Gentenaar van 31 januari 2023 had hij een zitje uit piepschuim geknutseld en dat met plakband aan de tweewieler vastgemaakt. De rechter noemde dat ‘levensgevaarlijk’ en legde hem bij de boete ook nog een psychologische test op. Wellicht om na te gaan of hij wel veilig van onveilig kan onderscheiden. Maar laten we eerlijk zijn, het fietsverkeer in Gent verloopt toch al lang niet meer zo ordelijk en veilig? 

Er zijn de tramsporen, de verstrooide voetgangers, de onvoorspelbare toeristen en hier en daar ook nog automobilisten, die vaak gehaaste taxi’s zijn. Niettegenstaande het actieve ‘ontpalingsbeleid’ van het stadsbestuur, belemmeren hindernissen de doorgang op veel onvermoede plekken: paaltjes en blokken in fluokleuren, in het wit of gewoon in ruw beton. Daartussen laveren de stromen van tweewielers. Sommigen rijden tegen een slakkengangetje. Andere razen maar door. De politie is wel eens in de buurt, maar heeft doorgaans wel iets beters te doen dan fietsers het reglement bij te brengen. Bovendien staan er zoveel verkeersborden dat je ze liefst gewoon negeert, ook die van de enkele richting. Overdaad baat helemaal niet in dit geval. Al deze fenomenen samen nopen tot een voortdurende aandacht en wendbaarheid van iedereen die met eender welk voertuig de stad doorkruist. 

CYCLO-ANARCHIE: VRIJHEID IN ZJIN ZUIVERE VORM

Een paradox die op het licht anarchistisch karakter van het fietsen in Gent wijst. De politiestatistieken tonen lang niet alle ongelukken met fietsers. Dat weten we van de ziekenhuizen die op de spoedopname consequent het aantal valpartijen in de tramsporen turven: alleen al van die soort zijn er per jaar intussen vijfhonderd. Het veiligheidsgevoel van mijn buren en vrienden bevestigt dat. Uit eigen ervaring kan ik rapporteren: twee keer aangereden door een auto op het fietspad en één keer gevallen door in de tramsporen te sukkelen. Enkele keren was ik getuige van een fietsaanrijding maar telkens zonder zware gevolgen. De fietsersbond bevestigt eveneens de trend. Meer fietsverkeer resulteerde de laatste tien jaar in steeds meer fietsslachtoffers. Maar zijn er nog andere verklaringen dan de logica van hoe meer volk, hoe meer malchance?

Fietsers bewegen zich samen met voetgangers en andere weggebruikers in een straatdans die bij momenten en op bepaalde plaatsen ongeordend en ontregelend is

Met de woorden van de Fietsersbond We moeten eerlijk bekennen dat we het simpelweg niet weten. Meer onderzoek is nodig. De bewuste cijfers van Vias focussen op ongelukken, maar amper op de oorzaken. Er is nood aan meer data over de precieze omstandigheden: was er een tegenpartij betrokken? Welke gedragingen werden gesteld? Wat was de staat van de infrastructuur?Wij doen hier alvast een gooi naar een extra verklaring, nog voor de nieuwe data arriveren. Cyclo-anarchisme is het. Wie door Gent fietst, begeeft zich in een vrije zone waarin iedereen met iedereen moet rekening houden. Fietsers bewegen zich samen met voetgangers en andere weggebruikers in een straatdans die bij momenten en op bepaalde plaatsen ongeordend en ontregelend is. Het fietsverkeer laat zich niet sturen zoals het autoverkeer. Hoewel er regels en hiërarchieën gelden, worden die vrolijk genegeerd. Daardoor lijkt de orde steeds chaotischer van aard te zijn.

De wanorde valt moeilijk in te dijken. Maar is ze niet gewoon aantrekkelijk? 

Ondanks deze relatieve chaos en de risico’s is de verwachting dat het aantal fietsers in Gent in de loop van de komende jaren nog fors zal toenemen. Ik raak er daarom steeds meer van overtuigd dat de wanorde moeilijk in te dijken valt. Maar is ze niet gewoon aantrekkelijk? Fietsen is niet alleen pragmatisch interessant, het is een volwaardige vorm van vrijheidsbeleving geworden. Dat snelle, behendige bewegen door de straten en over pleinen is toch vrijheid in zijn pure en zeldzame vorm? Voor deze heel banale gedachte vond ik onlangs een interessant argument in Het begin van alles van David Wengrow en David Graeber. Ze poneren in hun boek een duidelijke visie op drie basisvormen van maatschappelijke vrijheid die we gedeeltelijk al fietsend in praktijk brengen.

DE DRIEVULDIGE VRIJHEID VAN DE FIETSER 

Ten eerste is er de vrijheid om uit je omgeving te vertrekken en ergens anders te zijn. Na een drukke ochtend, een onuitstaanbare vergadering, een fantastisch concert of theatervoorstelling, zelfs na de Nacht van de Vrijdenker komt menig fietser graag weer in beweging. Fietsen is altijd onderweg zijn naar elders. Fietsers die ooit een (internationale) tocht met de fiets hebben gemaakt, herkennen dat nomadische vrijheidsgevoel natuurlijk in het kwadraat. Bovendien beantwoordt het bewegen aan een wetmatigheid. Volgens de zogenaamde ‘Brever-wet van behoud van reistijd en verplaatsingen’ (in 1977 beschreven door Geert Hupkes) zijn we hoe dan ook gemiddeld drieënzeventig minuten per dag onderweg. Dat constante reisbudget is overigens internationaal geldig. Het gaat als het ware om een universele bewegingsnood van een uur en een kwart per dag.

In Het begin van alles poneren David Wengrow en David Graeber een duidelijke visie op drie basisvormen van maatschappelijke vrijheid die we gedeeltelijk al fietsend in praktijk brengen

Ten tweede benutten we graag de vrijheid om andermans bevelen te negeren of niet op te volgen. Daarvan getuigt de dagelijkse portie anarchie in het fietsverkeer. Wie blijft als fietser voor een rood licht staan als hij zonder anderen te hinderen rechts kan afslaan? Wie parkeert er zich in een fietsenstalling die meer dan honderd meter verder ligt? Wie waagt zich niet af en toe op het fietspad in tegengestelde richting om een lange omweg te vermijden? Is dat soms gevaarlijk? Zeker. Voelen we ons des te vrijer? Dat ook. 

Ten derde geldt de vrijheid om volledig nieuwe maatschappelijke werkelijkheden te creëren. Geniet mee van de volgende anekdote die ik uit eerste hand heb. Een agent beboet een anderstalige fietskoerier omdat hij al rijdend zijn gsm bekijkt. Hij was de weg kwijt, blijkbaar. Een Gentse passante is getuige van het gebeuren en beslist, met aarzelende toestemming van de koerier, om diens boete te betalen. De dienaars van de wet staan er verbouwereerd bij maar laten de transactie toe. In de wet staat niet gestipuleerd dat je het bedrag van een boete niet mag voorschieten of namens de boeteling betalen. Ze doet het uit empathie met de nieuwe mobiele slaven van de consumptiemaatschappij, die voor enkele euro’s van her naar hot vliegen met onze frieten, pizza’s of burrito’s. Gewetenloze werkgevers als Uber, Takeaway of Deliveroo betalen de boetes niet, een toevallige passante wel. Deze vorm van fietserssolidariteit doet alleen maar meer goesting krijgen in de nieuwe cyclo-anarchie.  

Over de auteur:

Jean-Pierre Vanhee

Een artikel uit: editie April 2023

Misschien bent u ook geïnteresseerd in…

Euthanasie Franky Bussche De Geus

Plakkaat: Euthanasie, ooit mogelijk voor verworven wilsonbekwaamheid?

Januari 2020 | 5 minuten

Hoog tijd om de euthanasiewet uit te breiden zodat euthanasie ook mogelijk wordt bij verworven wilsonbekwaamheid (bijvoorbeeld bij dementie). Tegenstanders van die uitbreiding moeten dringend hun paternalistische reflex opzij zetten.

De Geus_Katleen Gabriëls_corona-app

Filosofie: het ideale handvat

Oktober 2020 | 5 minuten

De coronacrisis maakte het ‘nut’ van filosofie heel concreet. Van de corona-app tot triage op Intensive Care: toegepaste ethiek stond centraal in het publieke debat. Hoog tijd om het belang van filosofie ook systematisch in het onderwijs te erkennen.

Een nieuwe vleugel voor het AfricaMuseum?

Juli 2021 | 5 minuten

Twee jaar nadat een VN-expertengroep in 2019 een hard rapport publiceerde, dat stelt dat het AfricaMuseum het koloniale verleden te weinig kadert, lijkt er met die kritiek weinig aangevangen.